Witte asperges met grijze garnalen
20 witte asperges van dezelfde dikte
zout, nootmuskaat
2 gepelde tomaten in dobbelsteentjes
2 eieren
zout
1/2 botje gesnipperde bieslook
boter
het sap van 1/2 citroen
120 gr gepelde grijze garnalen
Schil de asperges met een dunschiller, was ze en bind ze samen met
keukentouw.
Kook de eieren in water met veel zout hard, spoel ze onder koud water tot
ze volledig zijn afgekoeld, pel ze en plet ze met een vork.
Kook de asperges in gezouten water in ± 10 minuten beetgaar (al
naargelang
de dikte van de asperges).
Laat 250 gr boter smelten en giet alleen het olieachtige gedeelte zachtjes
over in een steelpannetje.
Neem de gare asperges uit het water en houd ze onder aluminiumfolie
warm.
Voeg de geplette eitjes bij de geklaarde boter en breng op smaak met wat
nootmuskaat en versgemalen peper.
Voeg het citroensap erbij, meng de tomaten door de massa en warm de saus
op.
Schep de garnaaltjes door de saus, maar verwarm de saus verder niet
meer.
Kruid eventueel bij, maar let op het zoutgehalte (de garnalen geven deze
bereiding al een licht gezouten smaak).
Werk af door de bieslooksnippers door de saus te roeren.
Schik de asperges met de punt naar links beneden op een bord.
Lepel wat saus over de stelen, maar laat de aspergepunten vrij.
Garneer het bord met enkele bieslooksprietjes en dien warm op.